Dat ‘geluks’balletje begon te rollen in 2006 in Almelo. Gerard Nordkamp, ambtenaar bij de gemeente en zelf mantelzorger, zag dat er veel aandacht ging naar de zorg en hulp voor iemand, maar dat er weinig tijd en aandacht was voor wat mensen nog wél kunnen en belangrijk vinden. Zijn stelling: Als ik de ogen van deze mensen kan laten stralen, dan voelen ze zich ook beter. Wat volgde was een gemeentelijk subsidiepotje (PGB-Welzijn) dat gebruikt kon worden om leuke dingen te doen. En het balletje rolde verder, uiteindelijk zelfs naar een lector op de Universiteit van Twente en het adviesbureau Arcon waar het idee in 2010 binnen het samenwerkingsverband de Geluksacademie verder werd uitgewerkt tot een Geluksroute met een Geluksbudget.
Langdurig effect
Sinds 2021 is de Geluksacademie een eigen stichting geworden waar geluksconsulenten worden opgeleid om te werken met de Geluksroute. En waar gedroomd wordt over geluksmaatjes en gelukscafés. “Wat een geluk hè”, glimlacht coördinator Deddens. “En het werkt! Onder de streep maakt het op de korte termijn misschien niet uit of je iemand zorg geeft, of gewicht geeft aan dat wat goed gaat. Maar de ervaring van de cliënt is in het laatste geval veel beter. Deelnemers ervaren het als veel plezieriger. En op de lange termijn worden ze actiever, krijgen meer vertrouwen in de hulpverlening.”
Hoe zo’n Geluksroute werkt? De Geluksacademie werkt samen met gemeenten, inmiddels zo’n twaalf. Binnen deze gemeenten wordt samengewerkt met lokale welzijnsorganisaties waar welzijnswerkers en maatschappelijk werkers door De Geluksacademie worden opgeleid tot geluksconsulent. “Veel sociaal werkers zijn gewend dat cliënten naar hen toekomen met vragen en problemen. Nu werken ze andersom; ze gaan op huisbezoek, luisteren naar het verhaal van een deelnemer en proberen dan in het gesprek gewicht te geven aan de dingen die goed gaan. Dat doen ze tegenwoordig letterlijk met een weegschaal. Als er problemen zijn is het belangrijk dat er ondersteuning is en dat problemen opgelost worden. Maar minstens zo belangrijk is dat er gewicht gegeven wordt aan wat mensen als leuk en betekenisvol ervaren. We gaan samen op zoek naar wat hen gelukkig maakt.”
Zoeken naar passie
Dat zoeken gaat aan de hand van een Geluksroute, een werkboek waarin deelnemers door opdrachten te doen antwoord krijgen op de vragen: Wie ben ik? Wat wil ik? Wat kan ik? Hoe sta ik in verbinding met mensen en de wereld om me heen? En waar ligt mijn passie? Deddens: “We zoeken een activiteit die daarbij past. Om ervoor te zorgen dat mensen inderdaad een positieve ervaring hebben, kunnen ze een geluksbudget aanvragen bij een aantal gemeenten. De activiteitenzijn zeer uiteenlopend; van een boekje maken en naar een museum tot zingen in een koor, een vishengel en zelfs een slang aanschaffen.”
Door de coronapandemie en de lockdowns leek alles heel even stil te vallen, maar al snel werd de draad door de geluksconsulenten opgepakt en werd de Geluksroute met ondersteuning van videobellen doorlopen. Deddens: “We hebben door de coronapandemie ervaren dat, als je fysieke nabijheid niet kunt geven, digitaal ook écht wel werkt. En dat door de Geluksroute ook digitaal aan te bieden, we een veel grotere doelgroep kunnen bereiken.”
Laagdrempelig
Videobellen met een geluksconsulent is slechts een klein onderdeel van de digitalisering. “We willen heel graag een app ontwikkelen waarin de route duidelijk en laagdrempelig wordt aangeboden”, aldus Deddens. Om dat te onderzoeken doen ze mee aan het programma Ondernemen tegen eenzaamheid van het Oranje Fonds. “We willen – in samenwerking met de geluksconsulenten – de digitale Geluksroute opnieuw vormgeven.”
En er zijn nog meer dromen om te verwezenlijken: werken met vrijwilligers, de geluksmaatjes, een groepsprogramma en misschien zelfs wel een gelukscafé. Deddens: “Op een positieve manier bezig zijn met deelnemers werkt. We hebben geen focus op gedragsverbetering, maar dat is wel vaak het neveneffect. Het gaat er niet om of je gezonder wordt, of je leefstijl verbetert. Waar word jij gelukkig van? Dat is de focus.”